De Mammoet is ontstaan uit de Stegodon ontstaan ongeveer tussen 2,4 en 5,2 miljoen jaar geleden. Hij behoort tot het rijk van de Animalia (dieren), de stam Chordata (chordadieren), de klassa Mammalia (zoogdieren), de orde Proboscidae (slurfdieren) en de familie Elephantidae (olifanten).
Alle zes de Mammoet-soorten zijn niet tegelijk ontstaan, maar geleidelijk met de tijd. De zes verschillende Mammoeten zijn:
- De zuidelijke Mammoet (Mammuthus meridionalis) uit zuidelijk Europa.
- De Steppemammoet (M. trogontherii) uit Europa.
- De wolharige Mammoet (M. primigenius) uit noordelijk Europa, Azië en Noord-Amerika.
- De Sardinische Dwergmammoet, (M. lamarmorae) uit Italië.
- De Keizersmammoet (M. imperator) uit Noord-Amerika.
- De Amerikaanse Mammoet (M. columbi) uit Noord- en Midden-Amerika.
De wolharige Mammoet en de Steppemammoet waren als enige dik behaard omdat deze in koude gebieden leefden. De rest was vrijwel onbehaard door het warme klimaat waar zij in leefden. De grootste van alle Mammoten was de Keizersmammoet. De bekendste van deze zes is de wolharige Mammoet. Deze is ongeveer 600.000 jaar geleden ontstaan, tijdens het Pleistoceen, een tijd waarin veel ijstijden voorkwamen. Hij is ongeveer 3000 tot 4000 jaar geleden uitgestorven.
De wolharige Mammoet was ongeveer drie meter groot, de vrouwtjes vaak iets kleiner en had een dikke vacht van dunne gele haren van ongeveer 50 cm. Over deze haren lagen dikke roodbruine dekharen die soms zelfs tot op de grond kwamen. Hij had deze dikke vacht nodig omdat hij toendra- en permafrostgebieden als woongebied gebruikte waar het erg koud kon zijn. Dit gebied bestond vooral uit sneeuw en gras met weinig bomen, hij at daarom voornamelijk gras, wel 180 kg per dag.
Om het gras goed te kunnen eten had hij grote slagtanden van vier meter lang. Er is zelfs een Mammoet gevonden met slagtanden van wel vijf meter lang. Ze gebruikten hun slagtanden waarschijnlijk om de sneeuw opzij te schuiven, zodat ze bij het gras konden.
Om al dit taaie gras goed te kunnen vermalen hadden ze sterke kiezen. Deze kiezen waren heel hoog en bestonden uit allemaal richels. Deze worden lamellen genoemd. Alle soorten Mammoeten hadden deze kiezen, maar de wolharige Mammoet had de grootste met de meeste lamellen, vanwege dat hij op zijn toendra- en permafrostgebieden het droogste en vezeligste gras te vermalen had. De lamellen werden als wasbord gebruikt, hierdoor werd het gras fijngemalen.
Verder had hij had kleine oren en een dikke, niet buigzame slurf. Hij werd maar ongeveer 35 jaar en woog tussen de 5500 en
Er zijn meerdere redenen te noemen waardoor de Mammoeten zijn uitgestorven, namelijk:
- Ziektes; de degeneratie zorgde ervoor dat de Mammoeten vatbaarder waren voor verschillende ziektes zoals bijvoorbeeld kanker. Ook bracht de mens waarschijnlijk ziektes met zich mee.
- Klimaatveranderingen; dit is de belangrijkste reden. Na een tijd van ijstijden werd het klimaat steeds warmer door verandering van de stand van de aarde tegenover de zon, hierdoor steeg de temperatuur waardoor al het ijs begon te smelten. De gebieden waar de Mammoeten leefden kwamen onder water te staan en door de vele regenval veranderde ook al het fauna. Door de degeneratie konden ze zich hier niet goed genoeg aan aanpassen.
- Ongelukken; door de temperatuurstijging ontstonden meer lawines waar ze onder bedolven raakte en het ijs waarover de Mammoeten liepen werd dunner waardoor ze er doorheen zakte.
- Mens; de mens jaagde op de Mammoeten voor hun vlees om te eten, hun huid voor kleding en hutten en hun botten voor gereedschap en hutten.
Wolharige mammoet
Kies mammoet
